Het meest voor de hand liggende antwoord op die vraag luidt waarschijnlijk: als je hond overlast bezorgt aan z’n omgeving of als hij zichzelf of anderen in gevaar brengt. Dat hoeft niks “groots” te zijn. Ook als hij vleeswaren jat van de tafel – op zich tamelijk onschuldig – kan dit reden zijn om er wat aan te willen doen.
Maar soms hoeft het gedrag van onze hond niet eens een probleem te zijn voor onszelf, om toch te beslissen om toch een paar sessies te doen. Gewoon omdat je ziet dat je hond niet lekker in z’n vel steekt. Omdat-ie nerveus is of juist lusteloos. Of omdat hij dwangmatig gedrag vertoont.
Tenzij genetisch bepaald of vanuit een medische oorzaak, ontstaat “ongewenst gedrag” als je hond iets niet krijgt, wat hij van nature wel nodig heeft. En soms kan dat iets schijnbaar onbenulligs zijn, wat voor een hond een wereld van verschil maakt.
Met gedragstherapie brengen we de oorzaak voor bepaald gedrag in beeld en veranderen we die faktoren, die de voedingsbodem vormen voor dat specifieke gedrag. En door de oorzaken weg te nemen verdwijnen ook de gevolgen/problemen. En geef je je hond balans terug.